Een jaar van restitutie!

Het joodse nieuw jaar 5783 is alweer begonnen.

Zoals we weten, bestaat de Hebreeuwse taal uit symbolen en cijfers, die elk een belangrijke boodschap bevatten.
Dit jaar gaat het om het cijfer 3, de letter Gimel die onder meer staat voor restitutie.

Als God aankondigt dat we in een jaar van restitutie zitten, kijk ik er naar uit om te zien hoe dat mijn leven zal beïnvloeden.

Waar wil ik genezing of herstel, terugbetaling of vergoeding zien? Dan moet ik deze dingen gaan verkondigen.

We hebben allemaal wel eens moeten lijden onder omstandigheden die niet leuk waren. We zijn gewond geraakt en hebben het gevoel van verlies ervaren.

Sommige situaties kunnen ons jarenlang bezig houden. We zijn boos, overstuur en gefrustreerd. We praten erover en proberen de situatie te verwerken. Maar bovenal verlangen we naar restitutie.

En daar moeten we voor gaan strijden. Spreuken 6,31 stelt duidelijk dat als de dief wordt gepakt, hij zeven keer moet terugbetalen wat hij heeft gestolen.

Wat we vaak vergeten is dat “onze strijd niet gericht is tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen.” Efeziërs 6,12

Natuurlijk zijn we boos op wat ons is aangedaan, maar daarmee komen we nergens. We moeten achter de boosdoener aangaan en restitutie eisen!

En de boosdoener is de dief, de duivel die blij is als we de mens de schuld geven in plaats van hem.

Hij wil dat we geloven dat de mens schuldig was en dat we verbitterd zullen raken en niet langer een gevaar voor hem zullen zijn.

Het wordt tijd dat we ons realiseren dat hij de dief is en hem pakken! Want ik hoor God zeggen: Ga naar het vijandelijke kamp en haal terug wat hij heeft gestolen.

Dat was ook het antwoord dat David kreeg toen hij terugkeerde naar Siklag en zag dat de vijand alles had geplunderd en zelfs de vrouwen en kinderen had meegenomen.

Terwijl hij de Heer diende, werden hij en zijn medestrijders beroofd door de vijand. Hun eerste reactie was jammeren, huilen en bitterheid. (1 Samuel 30)

Maar David zocht de Heer en kreeg duidelijk te horen dat hij achter de vijand aan moest gaan. Tegen het einde van het verhaal hadden ze niet alleen alles teruggekregen wat ze hadden verloren, maar nog veel meer.

1 Samuel 30,18 “David maakte de Amalekieten alles afhandig wat ze hadden weggeroofd; ook zijn beide vrouwen bevrijdde hij. Niet het minste of geringste van de buit ontbrak: alle kinderen waren er nog en alles wat ze verder maar hadden meegenomen.

Alles werd door David mee teruggevoerd. Hij legde beslag op hun schapen, geiten en runderen; die werden meegevoerd, voor hun eigen vee uit. ‘Dit is Davids buit,’ zo zeiden ze.”

Het is tijd om terug te nemen wat de vijand van ons heeft afgepakt en meer!

Is het je roeping voor het Koninkrijk?
Dan haal het terug!

Is het je familie?
Dan haal het terug!

Is het je gezondheid?
Dan haal het terug!

Zijn het je financiën?
Dan haal het terug!

Is het je baan?
Dan haal het terug!

Het is de Heer die zegt dat “Geen enkel wapen dat tegen ons is gevormd, zal gedijen,
en elke tong die tegen ons opstaat in oordeel zullen wij veroordelen. Dit is ons erfdeel van de Heer, en onze gerechtigheid is van Hem.”
Jesaja 54,17

Dit is de wil van de Heer voor ons leven!

nl_NL_formalNL